Oké, de Vlamingen winnen meestal het Groot Dictee, maar echt: het vak Nederlands kostte de Vlamingen op de vertaalopleiding meer moeite dan de uit de Nederland afkomstige studenten. De 'Ollanders' hadden een grote voorsprong; zaken die voor ons vanzelfsprekend waren, waren dat voor onze zuiderburen niet. Voordat de Vlamingen goed en wel met de opleiding aan de slag konden, moest hun taal eerst ontdaan worden van gallicismen en Vlaams Nederlands. Voorbeelden:- Dat is uw fout (schuld; Fr. ‘faute’)
- Het is een gekend feit (bekend; Fr. ‘connu’)
- Iedereen is verplicht van zijn jas uit te trekken (Fr. ‘obligé de’)
- Moest ik van u zijn ... (als ik u was; Fr. si j’étais de toi)
- Op zo’n momenten (zulke)
- Foto’s trekken (nemen)
- Dat gaat niet gaan (dat zal niet gaan)
- Het uitspreken van de eind-n in woorden als ‘lopen’
Maar ook de proffen op deze gerenommeerde opleiding gingen wel eens de mist in. Op het gebied van de uitspraak bijvoorbeeld. Zo dienden wij om mij nog steeds onduidelijke redenen ‘bijvoorbeeld’ als ‘bivoorbeeld’ uit te spreken en ‘kilometer’ en ‘titel’ als ‘killometer’ en ‘tittel’. (Wat bij de Nederlanders tot een gespeelde en vaak hilarische hypercorrectie leidde: “Wij pakken de fits en halen een littertje melk!”)
In de Taalmail van VRTtaal.net staan allemaal van dit soort weetjes, in eerste instantie bedoeld voor medewerkers van de Vlaamse VRT. In deze Taalmails doen ze het goed:
- Taalmail 424: Kopenhagen. Uitspraak: koo•pən•haa•gə(n). De eind-n hoeft niet uitgesproken te worden, de n midden in de naam moet wel te horen zijn.
- Taalmail 425: Kilometer. Uitspraak: kie•loo•mee•tər. De i is een korte heldere i. Niet uitspreken alsof er 'killometer' stond.



