vrijdag 14 augustus 2009

L'auberge espagnole

De Parijzenaar Xavier, aankomend Erasmusstudent, zoekt vertwijfeld op internet wie in godsnaam Erasmus was ("Ik begreep het nog steeds niet echt, maar het was een soort Hollandse reiziger"). In het vliegtuig naar Barcelona, waar hij een jaar lang zal studeren, zien we hem huilen om zijn vriendinnetje dat achterblijft (hoe vaak zie je een man huilen op tv?). De toon is gezet. De grappige en af en toe hilarische film 'l'Auberge espagnole' (2002) gaat over een studentenhuis in Barcelona waarin zeven studenten huizen, alle uit verschillende Europese landen. Het verhaal wordt verteld vanuit het gezichtspunt van Xavier, een wat sullige economiestudent die kans maakt op een baan bij het ministerie van Financiën als hij Spaans leert spreken.
De scènes waren heel herkenbaar; ook ik heb als Erasmusstudent een half jaar in Frankrijk gewoond. Ook ik begon na een tijdje in de taal van mijn omgeving te dromen. Ook ik had last van een overdosis indrukken, al zag ík Erasmus niet in een visoen aan de rand van mijn bed zitten. En ook ik had na een half jaar moeite met me weer aan te passen aan de Belgisch-Nederlandse werkelijkheid, de alledaagsheid en, wat later, aan het werkende leven (ook bij een ministerie, inderdaad). Deze toestand blijkt zelfs een naam te hebben: het post-Erasmus-syndroom.
Het respect voor elkaar is iets wat me altijd is bijgebleven. In de film kwam dat ook mooi tot uiting. Het is niet voor niets dat uitgerekend een buitenstaander (namelijk de broer van de Britse studente) voor het contrast zorgt: tijdens zijn logeerpartij bij zijn zus jaagt hij alle bewoners tegen zich in het harnas door vreselijk te generaliseren.
Er is nog een vervolg: 'Les poupées russes' (2005). Ik heb nog wat te doen deze vakantie!

'Auberge espagnole' is een Franse uitdrukking. Het verhaal gaat dat Spaanse herbergen vroeger geen menukaart hadden en dat reizigers hun eigen etenswaren meenamen, een beetje rommelig dus. Dat slaat natuurlijk helemaal op het studentenhuis uit de film, en op de koelkast, rijkelijk gevuld met eten voor zeven. De uitdrukking wordt ook gebruikt als het gaat om een (soms vaag) begrip waar iedereen een beeld bij heeft, maar dat iedereen op zijn eigen manier kan interpreteren. Bijvoorbeeld het begrip 'democratie'.

Geen opmerkingen: